Overzicht
Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...
- bajes:
- Wiktionary:
Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...
- bajarse:
-
Wiktionary:
- bajarse → afstappen, uitstappen
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor bajes (Nederlands) in het Spaans
bajes:
-
de bajes (strafgevangenis; gevangenis; doos; petoet; lik; strafplaats; bak; strafinrichting; spinhuis; nor)
Vertaal Matrix voor bajes:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
cárcel | bajes; bak; doos; gevangenis; lik; nor; petoet; spinhuis; strafgevangenis; strafinrichting; strafplaats | bak; huis van bewaring; kattenbak; poezenbak; strafplaats; tuchthuis |
penal | bajes; bak; doos; gevangenis; lik; nor; petoet; spinhuis; strafgevangenis; strafinrichting; strafplaats | huis van bewaring; strafplaats; tuchthuis |
prisión | bajes; bak; doos; gevangenis; lik; nor; petoet; spinhuis; strafgevangenis; strafinrichting; strafplaats | bak; boete; celstraf; detentie; gevangenhouding; gevangenisstraf; gevangenname; gevangenschap; hechtenis; huis van bewaring; inhechtenisneming; internering; inverzekeringstelling; kattenbak; opgesloten zijn; opsluiting; poezenbak; straf; strafplaats; tuchthuis; vrijheidsberoving |
Verwante woorden van "bajes":
Wiktionary: bajes
Spaans
Uitgebreide vertaling voor bajes (Spaans) in het Nederlands
bajarse:
-
bajarse (morfarse)
soldaat maken-
soldaat maken werkwoord (maak soldaat, maakt soldaat, maakte soldaat, maakten soldaat, soldaat gemaakt)
-
Conjugations for bajarse:
presente
- me bajo
- te bajas
- se baja
- nos bajamos
- os bajáis
- se bajan
imperfecto
- me bajaba
- te bajabas
- se bajaba
- nos bajábamos
- os bajabais
- se bajaban
indefinido
- me bajé
- te bajaste
- se bajó
- nos bajamos
- os bajasteis
- se bajaron
fut. de ind.
- me bajaré
- te bajarás
- se bajará
- nos bajaremos
- os bajaréis
- se bajarán
condic.
- me bajaría
- te bajarías
- se bajaría
- nos bajaríamos
- os bajaríais
- se bajarían
pres. de subj.
- que me baje
- que te bajes
- que se baje
- que nos bajemos
- que os bajéis
- que se bajen
imp. de subj.
- que me bajara
- que te bajaras
- que se bajara
- que nos bajáramos
- que os bajarais
- que se bajaran
miscelánea
- ¡bajate!
- ¡bajaos!
- ¡no te bajes!
- ¡no os bajéis!
- bajado
- bajándose
1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes
Vertaal Matrix voor bajarse:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
soldaat maken | bajarse; morfarse |
Synoniemen voor "bajarse":
Wiktionary: bajarse
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• bajarse | → afstappen; uitstappen | ↔ get off — (intransitive) To disembark |