Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. monitor:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor monitoren (Nederlands) in het Engels

monitor:

monitor [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de monitor (beeldscherm)
    the screen; the display; the television screen
  2. de monitor
    the monitor
    – The device on which images generated by the computer's video adapter are displayed. The term monitor usually refers to a video display and its housing. The monitor is attached to the video adapter by a cable. 1
    • monitor [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor monitor:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
display beeldscherm; monitor beeldscherm; bekendmaking; etalering; uitstalling
monitor monitor
screen beeldscherm; monitor beeldscherm; kamerscherm; projectiescherm; raster; rastering; rasterwerk; rooster; scherm
television screen beeldscherm; monitor beeldbuis; buis
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
display aanbieden; etaleren; exposeren; laten zien; offreren; openbaren; presenteren; tentoonspreiden; tentoonstellen; tonen; uitstallen; vertonen; voor ogen brengen; voorleggen; zich uiten
monitor bewaken; surveilleren; toekijken; toezicht houden; toezien; toezien op
screen afschotten; afschutten

Verwante woorden van "monitor":

  • monitoren, monitors

Synoniemen voor "monitor":


Verwante definities voor "monitor":

  1. televisiescherm bij computer2
    • je kunt met de muis op de monitor iets aanwijzen2

Wiktionary: monitor

monitor
noun
  1. computer display


Wiktionary: monitoren

monitoren
verb
  1. controle uitoefenen op een proces