Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. fossiel:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor fossiel (Nederlands) in het Engels

fossiel:

fossiel [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het fossiel (versteend overblijfsel)
    the fossil
    • fossil [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. het fossiel (ouderwets persoon)
    the fossil; the old fashioned person

Vertaal Matrix voor fossiel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fossil fossiel; ouderwets persoon; versteend overblijfsel
old fashioned person fossiel; ouderwets persoon

Verwante woorden van "fossiel":

  • fossielen

Wiktionary: fossiel

fossiel
adjective
  1. geologie|nld tot fossiel geworden
fossiel
noun
  1. The mineralized remains of an animal or plant

Cross Translation:
FromToVia
fossiel fossil FossilZeugnis vergangenen Lebens aus der Erdgeschichte, das älter als 10.000 Jahre istWikipedia|Fossil