Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Engels ->Zoek: beledigend

Nederlandse en Engelse zoekresultaten voor: beledigend

Overzicht

Nederlands naar Engels: Meer gegevens...

beledigend:
- humiliating; insulting; offending
beledigen:
- call someone names
Wiktionary:
- beledigend → offensive, mischievous, derogatory
- beledigen → insult, offend, affront, burn
- beledigen → affront, insult, offend, abuse, curse, revile, hurt, wrong, aggrieve

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor beledigend (Nederlands) in het Engels

beledigend:

beledigend bijvoeglijk naamwoord

beledigend
humiliating; insulting; offending
- humiliating bijvoeglijk naamwoord
- insulting bijvoeglijk naamwoord
- offending bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor beledigend:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
offending		krenking; kwetsing
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
humiliating	beledigend	kleinerend; mensonterend; mensonterende; mensonwaardig; vernederend
insulting	beledigend	grievend; krenkend; kwaadsprekend; kwetsend; lasterlijk; smadend
offending	beledigend	aanstootgevend; aanstotelijk; grievend; krenkend; kwaadsprekend; kwetsend; lasterlijk; smadend

Wiktionary: beledigend

beledigend

adjective

causing offense
- offensive → walgelijk; beledigend; weerzinwekkend
causing mischief
- mischievous → beledigend; kwetsend
tending to lessen in value
- derogatory → kleinerend; denigrerend; beledigend

beledigend vorm van beledigen:

beledigen werkwoord (beledig, beledigt, beledigde, beledigden, beledigd)

beledigen (uitschelden; schelden; uitjouwen; uitmaken voor)
call someone names
- call someone names werkwoord

Conjugations for beledigen:

o.t.t.

beledig
beledigt
beledigt
beledigen
beledigen
beledigen

o.v.t.

beledigde
beledigde
beledigde
beledigden
beledigden
beledigden

v.t.t.

heb beledigd
hebt beledigd
heeft beledigd
hebben beledigd
hebben beledigd
hebben beledigd

v.v.t.

had beledigd
had beledigd
had beledigd
hadden beledigd
hadden beledigd
hadden beledigd

o.t.t.t.

zal beledigen
zult beledigen
zal beledigen
zullen beledigen
zullen beledigen
zullen beledigen

o.v.t.t.

zou beledigen
zou beledigen
zou beledigen
zouden beledigen
zouden beledigen
zouden beledigen

diversen

beledig!
beledigt!
beledigd
beledigend

1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor beledigen:

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
call someone names	beledigen; schelden; uitjouwen; uitmaken voor; uitschelden

Verwante woorden van "beledigen":

beledigende

Verwante definities voor "beledigen":

iets zeggen of doen waardoor je iemand pijn doet of boos maakt¹
- hij was diep beledigd door dat scheldwoord¹

Wiktionary: beledigen

beledigen

verb

nare opmerkingen maken tegen of over een persoon
- beledigen → insult; offend; affront

beledigen

verb

to offend
- insult → beledigen
slang: insult or defeat
- burn → kwetsen; beledigen; liggen hebben

Cross Translation:

From	To	Via
• beledigen	→ affront; insult; offend	↔ beleidigen — (umgangssprachlich) jemanden in seiner Ehre oder Würde durch Worte oder Taten verletzen
• beledigen	→ abuse; insult; offend; curse; revile; affront	↔ insulter — outrager de fait ou de parole, avec dessein préméditer d’offenser.
• beledigen	→ offend; insult; hurt; wrong; aggrieve; affront	↔ offenser — outrager quelqu’un par une offense.

¹Muiswerk Woordenboek