Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zetels (Nederlands) in het Engels

zetels:

zetels [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de zetels (stoelen)
    the chairs; the seats
    • chairs [the ~] zelfstandig naamwoord
    • seats [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor zetels:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
chairs stoelen; zetels barkrukken; katheders
seats stoelen; zetels seats; zitjes; zitplaatsen

Verwante woorden van "zetels":


zetels vorm van zetel:

zetel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de zetel (zitplaats)
    the seat; the bench; the chair; the front bench; the work-bench
    • seat [the ~] zelfstandig naamwoord
    • bench [the ~] zelfstandig naamwoord
    • chair [the ~] zelfstandig naamwoord
    • front bench [the ~] zelfstandig naamwoord
    • work-bench [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. de zetel (stoel; crapaud; gestoelte)
    the chair; the stool; the arm chair; the reclining chair; the easy chair
  3. de zetel (troon; gestoelte)
    the throne
    • throne [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. de zetel
    the head office

Vertaal Matrix voor zetel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
arm chair crapaud; gestoelte; stoel; zetel fauteuil; luie stoel; makkelijke stoel
bench zetel; zitplaats bank; rechtscollege; zitbank; zitplaats
chair crapaud; gestoelte; stoel; zetel; zitplaats leerstoel; voorzitter
easy chair crapaud; gestoelte; stoel; zetel leunstoel
front bench zetel; zitplaats voorbank
head office zetel centrale; hoofdbureau
reclining chair crapaud; gestoelte; stoel; zetel
seat zetel; zitplaats bank; bril; comfort; ruiter; voorbank; zit; zitbank; zitplaats
stool crapaud; gestoelte; stoel; zetel beer; excrementen; fecaliën; feces; kruk; krukje; pianokrukje; poef; taboeret; uitscheiding; uitwerpselen
throne gestoelte; troon; zetel
work-bench zetel; zitplaats werkbank

Verwante woorden van "zetel":


Wiktionary: zetel

zetel
noun
  1. zitplaats, meestal in een verheven zin van dat woord
  2. lidmaatschap van een raad of vergadering, meestal met een beperkt aantal leden
  3. plaats waar een organisatie gevestigd is
zetel
noun
  1. furniture
  2. horizontal portion of a chair
  3. membership in a representative body
  4. location of a governing body
  5. upholstered seat

Cross Translation:
FromToVia
zetel chair; seat chaise — Siège avec dossier, sans accoudoir
zetel location; spot; field; site; venue endroitpartie bien déterminée d’un espace, d’une chose ou d’un corps.
zetel place; location; spot; field; site; venue lieuportion de l’espace, soit prise en elle-même, soit considérée par rapport à ce qui l’occuper.
zetel village; town; abode; whereabouts; accommodation; location; place; spot; field; site; venue localitélieu habité.
zetel place placelieu, endroit, espace qu’occuper ou que peut occuper une personne, une chose.
zetel seat siège — Meuble utilisé pour s’asseoir