Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. zelfstandige:
  2. zelfstandig:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zelfstandige (Nederlands) in het Engels

zelfstandige:

zelfstandige [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. zelfstandige
    the independent

Vertaal Matrix voor zelfstandige:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
independent zelfstandige
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
independent mondig; onafhankelijk; voor zichzelf opkomend; zelfstandig

Verwante woorden van "zelfstandige":


zelfstandig:

zelfstandig bijvoeglijk naamwoord

  1. zelfstandig
    independent

Vertaal Matrix voor zelfstandig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
independent zelfstandige
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
independent zelfstandig mondig; onafhankelijk; voor zichzelf opkomend

Verwante woorden van "zelfstandig":


Antoniemen van "zelfstandig":


Verwante definities voor "zelfstandig":

  1. niet van iemand of iets afhankelijk1
    • hij gaat alleen naar school, hij is erg zelfstandig1

Wiktionary: zelfstandig

zelfstandig
adjective
  1. op zichzelf staand

Cross Translation:
FromToVia
zelfstandig independent eigenständig — „mit eigenem Stand“, in selbstständiger, unabhängiger Position
zelfstandig autonomous; independent selbstständig — ohne Hilfe anderer (auskommend)
zelfstandig independent; autonomous; autonomic indépendant — Qui ne dépendre pas de telle personne ou de telle chose, qui ne lui est pas subordonner.