Overzicht
Nederlands naar Engels: Meer gegevens...
- vrolijkheid:
-
vrolijk:
- cheerful; enthusiastic; happy; gay; bright; buoyant; sunny; enchanted; vibrant; merry; attentive; amusing; eager; joyful; mystified; joyous; tidy; pleasant; jolly; spell bound; reliable; dependable; festive; trustworthy; under enchantment; passionate; neat; colourful; funny; animated; safe; trusted; clear; colorful; eagre; pleased; glad; satisfied; sprightly; bustling; lively; full of joy; brisk; high-spirited; upbeat
- Wiktionary:
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor vrolijkheid (Nederlands) in het Engels
vrolijkheid:
-
de vrolijkheid (opgewektheid; blijmoedigheid; blijheid)
the happiness; the revelry; the cheerfulness; the pleasure; the joy; the brightfulness; the joyfulness; the merriment; the lightheartedness; the mirth; the good spirits -
de vrolijkheid (hupsheid; lustigheid; uitgelatenheid)
-
de vrolijkheid (levendigheid; drukte; opgewektheid)
Vertaal Matrix voor vrolijkheid:
Verwante woorden van "vrolijkheid":
Wiktionary: vrolijkheid
vrolijkheid
Cross Translation:
noun
-
merriment
-
Joy; merriment; mirth; gayety; particularly, the mirth enjoyed at a feast
-
resilience or cheerfulness
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• vrolijkheid | → jollity; jolliness | ↔ Fröhlichkeit — Zustand, Stimmung einer Person oder Gruppe voller erkennbarer Freude |
• vrolijkheid | → happiness; gladness; joy; delight; joyfulness | ↔ joie — sentiment de bonheur, de satisfaction vive et intense qui vient du plaisir que l'on a à agir, à accomplir non pas une tâche répétitif, mais de contribuer à un certain progrès qui est empreint d'un caractère spirituel philosophique, scientifique, religieux ou esthétique. |
vrolijk:
-
vrolijk (blijmoedig; levendig; opgetogen; zonnig; lustig; opgewekt; uitgelaten; fideel; jolig; monter; dartel; kwiek; welgemoed; wakker; fleurig; blijgeestig; blij; opgeruimd; geestig; kleurig)
cheerful; enthusiastic; happy; gay; buoyant; sunny; enchanted; vibrant; merry; attentive; amusing; eager; joyful; mystified; joyous; tidy; pleasant; jolly; spell bound; reliable; dependable; festive; trustworthy; under enchantment; passionate; neat; colourful; funny; animated; safe; trusted; clear; colorful; eagre-
cheerful bijvoeglijk naamwoord
-
enthusiastic bijvoeglijk naamwoord
-
happy bijvoeglijk naamwoord
-
gay bijvoeglijk naamwoord
-
buoyant bijvoeglijk naamwoord
-
sunny bijvoeglijk naamwoord
-
enchanted bijvoeglijk naamwoord
-
vibrant bijvoeglijk naamwoord
-
merry bijvoeglijk naamwoord
-
attentive bijvoeglijk naamwoord
-
amusing bijvoeglijk naamwoord
-
joyful bijvoeglijk naamwoord
-
mystified bijvoeglijk naamwoord
-
joyous bijvoeglijk naamwoord
-
tidy bijvoeglijk naamwoord
-
pleasant bijvoeglijk naamwoord
-
jolly bijvoeglijk naamwoord
-
spell bound bijvoeglijk naamwoord
-
reliable bijvoeglijk naamwoord
-
dependable bijvoeglijk naamwoord
-
festive bijvoeglijk naamwoord
-
trustworthy bijvoeglijk naamwoord
-
under enchantment bijvoeglijk naamwoord
-
passionate bijvoeglijk naamwoord
-
neat bijvoeglijk naamwoord
-
funny bijvoeglijk naamwoord
-
animated bijvoeglijk naamwoord
-
safe bijvoeglijk naamwoord
-
trusted bijvoeglijk naamwoord
-
clear bijvoeglijk naamwoord
-
-
vrolijk (blij; opgewekt; blijmoedig; opgetogen; blijgestemd)
-
vrolijk (monter; levendig; levenslustig; opgewekt; blij; dartel; blijmoedig; tierig; opgetogen)
sprightly; bustling; happy; lively; cheerful; gay; full of joy; buoyant; brisk; jolly; high-spirited; merry; upbeat-
sprightly bijvoeglijk naamwoord
-
bustling bijvoeglijk naamwoord
-
happy bijvoeglijk naamwoord
-
lively bijvoeglijk naamwoord
-
cheerful bijvoeglijk naamwoord
-
gay bijvoeglijk naamwoord
-
full of joy bijvoeglijk naamwoord
-
buoyant bijvoeglijk naamwoord
-
brisk bijvoeglijk naamwoord
-
jolly bijvoeglijk naamwoord
-
high-spirited bijvoeglijk naamwoord
-
merry bijvoeglijk naamwoord
-
upbeat bijvoeglijk naamwoord
-
-
vrolijk
Vertaal Matrix voor vrolijk:
Verwante woorden van "vrolijk":
Synoniemen voor "vrolijk":
Antoniemen van "vrolijk":
Verwante definities voor "vrolijk":
Wiktionary: vrolijk
vrolijk
Cross Translation:
adjective
vrolijk
-
in goede stemming
- vrolijk → cheerful
adjective
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• vrolijk | → debonair | ↔ fröhlich — von froher, heiterer Art seiend; in guter Stimmung |
• vrolijk | → cheerful; gay; merry; exuberant; lighthearted; lively; perky; good-humored; good-humoured | ↔ gai — Qui a de la gaité. |
• vrolijk | → glad; happy; joyful; joyous; cheerful; gay; merry; exuberant; lighthearted; lively; perky | ↔ joyeux — Qui a de la joie, qui remplir de joie. |
Computer vertaling door derden: