Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. voorvoelen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor voorvoelen (Nederlands) in het Engels

voorvoelen:

voorvoelen werkwoord (voorvoel, voorvoelt, voorvoelde, voorvoelden, voorvoeld)

  1. voorvoelen (aanvoelen)
    to anticipate
    – realize beforehand 1
    • anticipate werkwoord (anticipates, anticipated, anticipating)
      • A good boxer can anticipate the moves of his opponent.2
    to sense
    – become aware of not through the senses but instinctively 1
    • sense werkwoord (senses, sensed, sensing)
      • I sense his hostility1

Conjugations for voorvoelen:

o.t.t.
  1. voorvoel
  2. voorvoelt
  3. voorvoelt
  4. voorvoelen
  5. voorvoelen
  6. voorvoelen
o.v.t.
  1. voorvoelde
  2. voorvoelde
  3. voorvoelde
  4. voorvoelden
  5. voorvoelden
  6. voorvoelden
v.t.t.
  1. heb voorvoeld
  2. hebt voorvoeld
  3. heeft voorvoeld
  4. hebben voorvoeld
  5. hebben voorvoeld
  6. hebben voorvoeld
v.v.t.
  1. had voorvoeld
  2. had voorvoeld
  3. had voorvoeld
  4. hadden voorvoeld
  5. hadden voorvoeld
  6. hadden voorvoeld
o.t.t.t.
  1. zal voorvoelen
  2. zult voorvoelen
  3. zal voorvoelen
  4. zullen voorvoelen
  5. zullen voorvoelen
  6. zullen voorvoelen
o.v.t.t.
  1. zou voorvoelen
  2. zou voorvoelen
  3. zou voorvoelen
  4. zouden voorvoelen
  5. zouden voorvoelen
  6. zouden voorvoelen
diversen
  1. voorvoel!
  2. voorvoelt!
  3. voorvoeld
  4. voorvoelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor voorvoelen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sense bedoeling; beduidenis; beduiding; betekenis; bezinning; brein; denkvermogen; geest; hersens; inkeer; ratio; strekking; tendens; vernuft; verstand
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
anticipate aanvoelen; voorvoelen anticiperen; tegemoetzien; tevoren zien; uitkijken naar; verwachten; vooruitkijken; vooruitlopen op; vooruitzien; voorzien
sense aanvoelen; voorvoelen bemerken; bespeuren; gewaarworden; lucht krijgen van; merken; onderscheiden; ontwaren; te zien krijgen; uit elkaar houden; uiteenhouden; voelen; waarnemen; zien
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sense sensueel; wulps; zinlijk; zintuiglijke

Wiktionary: voorvoelen


Cross Translation:
FromToVia
voorvoelen feeling; presentiment pressentirprévoir confusément quelque chose par un sentiment non raisonner.