Overzicht
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor volgestopt (Nederlands) in het Engels
volgestopt:
-
volgestopt (opgevuld)
filled; filled out; stuffed; full-
filled bijvoeglijk naamwoord
-
filled out bijvoeglijk naamwoord
-
stuffed bijvoeglijk naamwoord
-
full bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor volgestopt:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
filled | opgevuld; volgestopt | bezwangerd; gevuld; vol |
stuffed | opgevuld; volgestopt | gevuld; verzadigd; vol; volgegeten; volgepropt |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
filled out | opgevuld; volgestopt | gevuld; vol |
full | opgevuld; volgestopt | afgeladen; gevuld; klankrijk; kompleet; plenair; sonoor; verzadigd; vol; volgegeten; voltallig |
Verwante woorden van "volgestopt":
volgestopt vorm van volstoppen:
-
volstoppen (volvreten; volproppen; voleten; volschransen)
stuff with food-
stuff with food werkwoord
-
Conjugations for volstoppen:
o.t.t.
- stop vol
- stopt vol
- stopt vol
- stoppen vol
- stoppen vol
- stoppen vol
o.v.t.
- stopte vol
- stopte vol
- stopte vol
- stopten vol
- stopten vol
- stopten vol
v.t.t.
- heb volgestopt
- hebt volgestopt
- heeft volgestopt
- hebben volgestopt
- hebben volgestopt
- hebben volgestopt
v.v.t.
- had volgestopt
- had volgestopt
- had volgestopt
- hadden volgestopt
- hadden volgestopt
- hadden volgestopt
o.t.t.t.
- zal volstoppen
- zult volstoppen
- zal volstoppen
- zullen volstoppen
- zullen volstoppen
- zullen volstoppen
o.v.t.t.
- zou volstoppen
- zou volstoppen
- zou volstoppen
- zouden volstoppen
- zouden volstoppen
- zouden volstoppen
diversen
- stop vol!
- stopt vol!
- volgestopt
- volstoppend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor volstoppen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
stuff with food | voleten; volproppen; volschransen; volstoppen; volvreten |