Nederlands
Uitgebreide vertaling voor vodjes (Nederlands) in het Engels
vodjes:
Vertaal Matrix voor vodjes:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
rags | lompen; lorren; vodden; vodjes | flarden; kloffie |
tatters | lompen; lorren; vodden; vodjes | flarden |
Verwante woorden van "vodjes":
vodje:
Vertaal Matrix voor vodje:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
daub | flard; homp; lap; lor; prul; vod; vodje | |
dollop | flard; homp; lap; lor; prul; vod; vodje | schar |
piece of junk | flard; homp; lap; lor; prul; vod; vodje | |
piece of trash | flard; homp; lap; lor; prul; vod; vodje | |
rag | flard; homp; lap; lor; prul; vod; vodje | doekje; lapje |
scrap | flard; homp; lap; lor; prul; vod; vodje | afvalmateriaal; afvalstof; knipsel; metaal afval; oud ijzer; schroot; snipper; stukje papier; uitvaagsel; uitval |
tatter | flard; homp; lap; lor; prul; vod; vodje | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
daub | bekladden; bemorsen; besmeren; bevlekken; bevuilen; kladderen; kliederen; klodderen | |
scrap | bakkeleien; duelleren; kampen; knokken; laten uitvallen; matten; tot schroot verwerken; vechten; vernietigen |
Verwante woorden van "vodje":
vod:
Vertaal Matrix voor vod:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
daub | flard; homp; lap; lor; prul; vod; vodje | |
dollop | flard; homp; lap; lor; prul; vod; vodje | schar |
piece of junk | flard; homp; lap; lor; prul; vod; vodje | |
piece of trash | flard; homp; lap; lor; prul; vod; vodje | |
rag | flard; homp; lap; lor; prul; vod; vodje | doekje; lapje |
scrap | flard; homp; lap; lor; prul; vod; vodje | afvalmateriaal; afvalstof; knipsel; metaal afval; oud ijzer; schroot; snipper; stukje papier; uitvaagsel; uitval |
tatter | flard; homp; lap; lor; prul; vod; vodje | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
daub | bekladden; bemorsen; besmeren; bevlekken; bevuilen; kladderen; kliederen; klodderen | |
scrap | bakkeleien; duelleren; kampen; knokken; laten uitvallen; matten; tot schroot verwerken; vechten; vernietigen |