Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. verzuchten:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verzuchten (Nederlands) in het Engels

verzuchten:

verzuchten werkwoord (verzucht, verzuchtte, verzuchtten, verzucht)

  1. verzuchten (zucht slaken; zuchten)
    to sigh; to heave a sigh
    • sigh werkwoord (sighs, sighed, sighing)
    • heave a sigh werkwoord (heaves a sigh, hove a sigh, heaving a sigh)

Conjugations for verzuchten:

o.t.t.
  1. verzucht
  2. verzucht
  3. verzucht
  4. verzuchten
  5. verzuchten
  6. verzuchten
o.v.t.
  1. verzuchtte
  2. verzuchtte
  3. verzuchtte
  4. verzuchtten
  5. verzuchtten
  6. verzuchtten
v.t.t.
  1. heb verzucht
  2. hebt verzucht
  3. heeft verzucht
  4. hebben verzucht
  5. hebben verzucht
  6. hebben verzucht
v.v.t.
  1. had verzucht
  2. had verzucht
  3. had verzucht
  4. hadden verzucht
  5. hadden verzucht
  6. hadden verzucht
o.t.t.t.
  1. zal verzuchten
  2. zult verzuchten
  3. zal verzuchten
  4. zullen verzuchten
  5. zullen verzuchten
  6. zullen verzuchten
o.v.t.t.
  1. zou verzuchten
  2. zou verzuchten
  3. zou verzuchten
  4. zouden verzuchten
  5. zouden verzuchten
  6. zouden verzuchten
diversen
  1. verzucht!
  2. verzucht!
  3. verzucht
  4. verzuchtend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor verzuchten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sigh ademstoot; diepe zucht; kleine windvlaag; verzuchting; zucht; zuchtje
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
heave a sigh verzuchten; zucht slaken; zuchten
sigh verzuchten; zucht slaken; zuchten