Nederlands
Uitgebreide vertaling voor verstijfd (Nederlands) in het Engels
verstijfd:
-
verstijfd
grown stiff; rigid; frozen; turned to stone-
grown stiff bijvoeglijk naamwoord
-
rigid bijvoeglijk naamwoord
-
frozen bijvoeglijk naamwoord
-
turned to stone bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor verstijfd:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
frozen | verstijfd | bevroren; gekoeld; ingevroren; koel; vastgevroren |
rigid | verstijfd | chagrijnig; harkerig; houterig; knorrig; korzelig; nors; nurks; onbuigzaam; onverzettelijk; star; stijf; stijfjes; stijfkoppig; stijve; strak; stram; stroef; stug; taai; verstard |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
grown stiff | verstijfd | |
turned to stone | verstijfd | versteend |
verstijfd vorm van verstijven:
-
verstijven (verstarren; verstenen)
-
verstijven (door afgrijzen bevangen worden; ijzen)
Conjugations for verstijven:
o.t.t.
- verstijf
- verstijft
- verstijft
- verstijven
- verstijven
- verstijven
o.v.t.
- verstijfde
- verstijfde
- verstijfde
- verstijfden
- verstijfden
- verstijfden
v.t.t.
- heb verstijfd
- hebt verstijfd
- heeft verstijfd
- hebben verstijfd
- hebben verstijfd
- hebben verstijfd
v.v.t.
- had verstijfd
- had verstijfd
- had verstijfd
- hadden verstijfd
- hadden verstijfd
- hadden verstijfd
o.t.t.t.
- zal verstijven
- zult verstijven
- zal verstijven
- zullen verstijven
- zullen verstijven
- zullen verstijven
o.v.t.t.
- zou verstijven
- zou verstijven
- zou verstijven
- zouden verstijven
- zouden verstijven
- zouden verstijven
diversen
- verstijf!
- verstijft!
- verstijfd
- verstijvend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor verstijven:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
shiver | bibberen; huivering; rillen; rilling; siddering | |
shudder | beving; bibberen; gebeef; huivering; rillen; rilling; siddering | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
be caught by horror | door afgrijzen bevangen worden; ijzen; verstijven | |
shiver | door afgrijzen bevangen worden; ijzen; verstijven | beven; bibberen; griezelen; gruwen; huiveren; klappertanden; kleumen; koulijden; rillen; schudden; trillen; vibreren |
shudder | door afgrijzen bevangen worden; ijzen; verstijven | beven; bibberen; griezelen; gruwelen; gruwen; huiveren; rillen; sidderen; trillen; vibreren |
stiffen | verstarren; verstenen; verstijven | stijf maken; stijven |
Wiktionary: verstijven
verstijven
verstijven
verb
-
become hard
-
become motionless