Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. uitpuilend:
  2. uitpuilen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor uitpuilend (Nederlands) in het Engels

uitpuilend:

uitpuilend bijvoeglijk naamwoord

  1. uitpuilend (bolstaand)
    bulgy
    • bulgy bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor uitpuilend:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bulgy bolstaand; uitpuilend

uitpuilen:

uitpuilen werkwoord (puil uit, puilt uit, puilde uit, puilden uit, uitgepuild)

  1. uitpuilen (puilen)
    to bulge out; to bulge; to pop
    • bulge out werkwoord (bulges out, bulged out, bulging out)
    • bulge werkwoord (bulges, bulged, bulging)
    • pop werkwoord (pops, popped, popping)

Conjugations for uitpuilen:

o.t.t.
  1. puil uit
  2. puilt uit
  3. puilt uit
  4. puilen uit
  5. puilen uit
  6. puilen uit
o.v.t.
  1. puilde uit
  2. puilde uit
  3. puilde uit
  4. puilden uit
  5. puilden uit
  6. puilden uit
v.t.t.
  1. heb uitgepuild
  2. hebt uitgepuild
  3. heeft uitgepuild
  4. hebben uitgepuild
  5. hebben uitgepuild
  6. hebben uitgepuild
v.v.t.
  1. had uitgepuild
  2. had uitgepuild
  3. had uitgepuild
  4. hadden uitgepuild
  5. hadden uitgepuild
  6. hadden uitgepuild
o.t.t.t.
  1. zal uitpuilen
  2. zult uitpuilen
  3. zal uitpuilen
  4. zullen uitpuilen
  5. zullen uitpuilen
  6. zullen uitpuilen
o.v.t.t.
  1. zou uitpuilen
  2. zou uitpuilen
  3. zou uitpuilen
  4. zouden uitpuilen
  5. zouden uitpuilen
  6. zouden uitpuilen
en verder
  1. ben uitgepuild
  2. bent uitgepuild
  3. is uitgepuild
  4. zijn uitgepuild
  5. zijn uitgepuild
  6. zijn uitgepuild
diversen
  1. puil uit!
  2. puilt uit!
  3. uitgepuild
  4. uitpuilend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor uitpuilen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bulge hobbel; uitzakking; verzakking
pop bam; explosie; frisdrank; knal; ontploffing; plof
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bulge puilen; uitpuilen gaan hangen; opzwellen; uitzakken; zwellen
bulge out puilen; uitpuilen gaan hangen; uitbuiken; uitzakken; wegzakken; zakken in
pop puilen; uitpuilen knallen; pop-bewerking uitvoeren
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bulge bol; bolstaand

Wiktionary: uitpuilen

uitpuilen
verb
  1. to extend beyond normal limits

Verwante vertalingen van uitpuilend