Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. uitgaansdag:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor uitgaansdag (Nederlands) in het Engels

uitgaansdag:

uitgaansdag [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de uitgaansdag
    the day off
    – a day when you are not required to work 1
    • day off [the ~] zelfstandig naamwoord
      • Thursday is his day off1

Vertaal Matrix voor uitgaansdag:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
day off uitgaansdag rustdag; snipperdag; vakantie; vakantiedag; verlof; verlofdag; verlofjaar; verloftijd

Verwante woorden van "uitgaansdag":