Nederlands

Uitgebreide vertaling voor tweeverdieners (Nederlands) in het Engels

tweeverdieners:

tweeverdieners [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de tweeverdieners (tweeverdiener; tweeverdienster)
    the two-earner household; the double-income couple; the two-income family; the earning couple

Vertaal Matrix voor tweeverdieners:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
double-income couple tweeverdiener; tweeverdieners; tweeverdienster
earning couple tweeverdiener; tweeverdieners; tweeverdienster
two-earner household tweeverdiener; tweeverdieners; tweeverdienster
two-income family tweeverdiener; tweeverdieners; tweeverdienster

Verwante woorden van "tweeverdieners":


tweeverdieners vorm van tweeverdiener:

tweeverdiener [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de tweeverdiener (tweeverdieners; tweeverdienster)
    the two-earner household; the double-income couple; the two-income family; the earning couple

Vertaal Matrix voor tweeverdiener:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
double-income couple tweeverdiener; tweeverdieners; tweeverdienster
earning couple tweeverdiener; tweeverdieners; tweeverdienster
two-earner household tweeverdiener; tweeverdieners; tweeverdienster
two-income family tweeverdiener; tweeverdieners; tweeverdienster

Verwante woorden van "tweeverdiener":