Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Engels ->Vertaal tuintje

Vertaal tuintje van Nederlands naar Engels

Overzicht

Nederlands naar Engels: Meer gegevens...

tuintje:
- little garden
tuin:
- garden; yard; farmyard; farm ground; court
Wiktionary:
- tuin → garden, walled garden
- tuin → garden, yard

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor tuintje (Nederlands) in het Engels

tuintje:

tuintje [het ~] zelfstandig naamwoord

het tuintje
the little garden
- little garden [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor tuintje:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
little garden	tuintje

Verwante woorden van "tuintje":

tuintjes, tuin

tuin:

tuin [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de tuin (gaard)
the garden
– a plot of ground where plants are cultivated ¹
- garden [the ~] zelfstandig naamwoord
the yard; the farmyard; the farm ground
- yard [the ~] zelfstandig naamwoord
- farmyard [the ~] zelfstandig naamwoord
- farm ground [the ~] zelfstandig naamwoord
de tuin
the garden
– a yard or lawn adjoining a house ¹
- garden [the ~] zelfstandig naamwoord
the court
– an area wholly or partly surrounded by walls or buildings ¹
- court [the ~] zelfstandig naamwoord
  - the house was built around an inner court¹

Vertaal Matrix voor tuin:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
court	tuin	balie; gerecht; gerechtsgebouw; gerechtshof; gevolg; hof; hofhouding; rechtbank; rechtscollege; rechtsgebouw; tribunaal
farm ground	gaard; tuin
farmyard	gaard; tuin	boerenerf; erf; heem; hof
garden	gaard; tuin
yard	gaard; tuin	deel; emplacement; erfdeel; erfenis; wat iemand erft
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
garden		hovenieren; tuinieren
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
court		verlokken
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
court		gerechtelijk; justitieel; rechterlijk

Verwante woorden van "tuin":

tuinen, tuintje

Verwante definities voor "tuin":

stuk grond bij een huis, met bloemen, planten, struiken etc.²
- wij hebben een huis met een tuin²

Wiktionary: tuin

tuin

noun

een omheind stuk grond waar bloemen gekweekt of groenten geteeld worden
- tuin → garden

tuin

noun

grounds at the front or back of a house
- garden → tuin
gardens with public access
- garden → park; tuin
decorative piece of land outside with flowers and plants
- garden → tuin
garden enclosed by walls
- walled garden → omheinde; tuin

Cross Translation:

From	To	Via
• tuin	→ garden	↔ Garten — ein angenehm und erholsam empfundenes Gelände oft in der Nähe eines Wohnhauses, in dem Gemüse und Obst angebaut oder Blumen gezogen werden oder das einfach zur Zierde dient
• tuin	→ garden; yard	↔ jardin — Lieu où l’on cultive les plantes