Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. tros:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor tros (Nederlands) in het Engels

tros:

tros [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de tros
    the raceme
    • raceme [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor tros:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
raceme tros

Verwante woorden van "tros":

  • trossen

Wiktionary: tros

tros
noun
  1. biologie|nld bloeiwijze
  2. de bundel vruchten die uit een dergelijke bloeiwijze voortkomen
  3. een scheepskabel
tros
noun
  1. cable
  2. heavy rope or chain as used for mooring
  3. A group of a number of similar things

Cross Translation:
FromToVia
tros cable câble — arts|fr gros cordage formé de l’assemblage de plusieurs torons de chanvre, d’aloès, d’acier, etc.
tros bunch; cluster grappe — (botanique) assemblage de fleurs (inflorescence), de fruits ou de grains, porter sur une même tige, chaque élément étant pédicellé.
tros train train — ferro|fr convoi ferroviaire constitué d’au moins une locomotive et de wagons. note S’emploie, plus rarement, en astronautique et dans les transports routiers.