Nederlands
Uitgebreide vertaling voor touperen (Nederlands) in het Engels
touperen:
-
touperen
Conjugations for touperen:
o.t.t.
- toupeer
- toupeert
- toupeert
- touperen
- touperen
- touperen
o.v.t.
- toupeerde
- toupeerde
- toupeerde
- toupeerden
- toupeerden
- toupeerden
v.t.t.
- heb getoupeerd
- hebt getoupeerd
- heeft getoupeerd
- hebben getoupeerd
- hebben getoupeerd
- hebben getoupeerd
v.v.t.
- had getoupeerd
- had getoupeerd
- had getoupeerd
- hadden getoupeerd
- hadden getoupeerd
- hadden getoupeerd
o.t.t.t.
- zal touperen
- zult touperen
- zal touperen
- zullen touperen
- zullen touperen
- zullen touperen
o.v.t.t.
- zou touperen
- zou touperen
- zou touperen
- zouden touperen
- zouden touperen
- zouden touperen
en verder
- ben getoupeerd
- bent getoupeerd
- is getoupeerd
- zijn getoupeerd
- zijn getoupeerd
- zijn getoupeerd
diversen
- toupeer!
- toupeert!
- getoupeerd
- touperend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor touperen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
backcomb | touperen | |
flick up | touperen |