Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. teller:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor teller (Nederlands) in het Engels

teller:

teller [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de teller (mens of meter)
    the counter
    – a calculator that keeps a record of the number of times something happens 1
    • counter [the ~] zelfstandig naamwoord
    the rev counter
  2. de teller (breuken)
    the numerator

Vertaal Matrix voor teller:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
counter mens of meter; teller aanrecht; balie; bezoekersteller; counter; toog; toonbank
numerator breuken; teller
rev counter mens of meter; teller toerenteller

Verwante woorden van "teller":

  • tellers, tellertje, tellertjes

Wiktionary: teller

teller
noun
  1. het getal boven de streep van een breuk
teller
noun
  1. in a fraction
  2. measuring instrument
  3. odometer

Cross Translation:
FromToVia
teller numerator ZählerMathematik: im Bruch die Zahl über dem Bruchstrich