Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. telefoontoestel:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor telefoontoestel (Nederlands) in het Engels

telefoontoestel:

telefoontoestel [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het telefoontoestel (telefoon)
    the telephone; the phone; the handset; the receiver
    • telephone [the ~] zelfstandig naamwoord
    • phone [the ~] zelfstandig naamwoord
    • handset [the ~] zelfstandig naamwoord
    • receiver [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor telefoontoestel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
handset telefoon; telefoontoestel handset
phone telefoon; telefoontoestel smartphone
receiver telefoon; telefoontoestel bewindvoerder; handelaar in gestolen goederen; heler; hij die ontvangt; iemand aan wie iets gegeven wordt; ontvanger; recipiënt
telephone telefoon; telefoontoestel telefoon
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
phone bellen; door de telefoon praten; iemand opbellen; opbellen; telefoneren; telefoontje plegen
telephone bellen; door de telefoon praten; iemand opbellen; opbellen; telefoneren; telefoontje plegen

Verwante woorden van "telefoontoestel":