Overzicht
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor teerheid (Nederlands) in het Engels
teerheid:
Vertaal Matrix voor teerheid:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
frailty | broosheid; teerheid; zwakheid | krachteloosheid; laksheid; slapheid; slapte; sulligheid; weekheid; zachtheid; zwakheid; zwakte |
Verwante woorden van "teerheid":
Wiktionary: teerheid
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• teerheid | → tenderness; endearment | ↔ tendresse — Qualité de ce qui est tendre. |
teer:
-
de teer (pek)
-
teer (kwetsbaar; zwak; breekbaar; fragiel; broos)
vulnerable; fragile; delicate; tender; frail-
vulnerable bijvoeglijk naamwoord
-
fragile bijvoeglijk naamwoord
-
delicate bijvoeglijk naamwoord
-
tender bijvoeglijk naamwoord
-
frail bijvoeglijk naamwoord
-
-
teer (delicaat; kwetsbaar; teder; frèle; tenger; fijngevoelig; fijn; broos; fragiel; iel; zwak; breekbaar)
-
teer (kwetsbaar)
Vertaal Matrix voor teer:
Verwante woorden van "teer":
Synoniemen voor "teer":
Antoniemen van "teer":
Verwante definities voor "teer":
Wiktionary: teer
teer
Cross Translation:
noun
adjective
teer
-
broos, breekbaar
- teer → fragile
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• teer | → tar | ↔ Teer — braunschwarze, dicke, fette, klumpige, hässlich schwarze, ölig-klebrige Flüssigkeit von scharfem Geruch, entsteht durch trockenes Erhitzen organischer Stoffe (z.B. Kohle) unter Luftabschluss |
• teer | → dainty; delicate; fine; refined; gentle; sensitive; soft; tender; awkward | ↔ délicat — Qui est d’une très grande finesse, très délié. |
• teer | → tar | ↔ goudron — (term, Histoire des techniques) résine noirâtre pour calfater les navires. |