Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. stiel:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor stiel (Nederlands) in het Engels

stiel:

stiel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de stiel (métier; ambacht; vak)
    the craft; the metier; the profession; the métier
    • craft [the ~] zelfstandig naamwoord
    • metier [the ~] zelfstandig naamwoord
    • profession [the ~] zelfstandig naamwoord
    • métier [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor stiel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
craft ambacht; métier; stiel; vak ambachtsgilde; beroepsorganisatie; bond; boot; broederschap; club; georganiseerd gezelschap; gilde; metier; orde; organisatie; scheepje; schip; schuit; schuitje; stoomschip; unie; vaartuig; vakgenootschap; vereniging
metier ambacht; métier; stiel; vak
métier ambacht; métier; stiel; vak metier
profession ambacht; métier; stiel; vak ambt; beroep; metier; professie; vak; werk

Verwante woorden van "stiel":

  • stielen, stieltje, stieltjes

Wiktionary: stiel

stiel
noun
  1. skilled practice