Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. statiegeld:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor statiegeld (Nederlands) in het Engels

statiegeld:

statiegeld [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het statiegeld
    the deposit
    • deposit [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor statiegeld:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
deposit statiegeld aanbetaling; afzetsel; belegging; bezinksel; deposito; depot; drab; droesem; geldbelegging; grondsop; grondsoppen; inleg; investering; kit; kleefstof; lijm; minimum inleg; plak; plaksel; residu; sediment; storting; zetsel
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
deposit aanbetalen; bijstorten; deponeren; geld overmaken; in bewaring geven; leggen; neerleggen; neerzetten; op rekening storten; overboeken; overschrijven; overzenden; plaatsen; stationeren; storten; zetten

Wiktionary: statiegeld

statiegeld
noun
  1. security for a borrowed item
  2. deposit on beverage or other containers