Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. starters:
  2. starter:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor starters (Nederlands) in het Engels

starters:

starters [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de starters (startende ondernemers)
    the starters; the starting entrepreneurs

Vertaal Matrix voor starters:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
starters startende ondernemers; starters beginnelingen; startmotoren
starting entrepreneurs startende ondernemers; starters

Verwante woorden van "starters":


starter:

starter [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de starter
    the starter; the beginner
    • starter [the ~] zelfstandig naamwoord
    • beginner [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor starter:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beginner starter aspirant; beginneling; beginnelinge; beginner; beginster; nieuweling; nieuwkomer
starter starter aspirant; beginneling; beginner; beginster; bieder; inzetter; voorgerecht

Verwante woorden van "starter":


Wiktionary: starter

starter
noun
  1. someone who sets something in motion

Cross Translation:
FromToVia
starter starter démarreur — (term, Transports) appareil servant à mettre en marche un propulseur ou un moteur.