Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. stapelbaar:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor stapelbaar (Nederlands) in het Engels

stapelbaar:

stapelbaar bijvoeglijk naamwoord

  1. stapelbaar (opstapelbaar)
    stackable; stacking

Vertaal Matrix voor stapelbaar:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stacking ophopen; stapelen; stapeling
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stackable opstapelbaar; stapelbaar
stacking opstapelbaar; stapelbaar

Verwante woorden van "stapelbaar":

  • stapelbaarheid, stapelbare

Wiktionary: stapelbaar


Cross Translation:
FromToVia
stapelbaar stackable empilable — Que l’on peut empiler.