Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. spatter:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor spatter (Nederlands) in het Engels

spatter:

spatter [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. spatter (spat)
    the splash
    • splash [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor spatter:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
splash spat; spatter plens; plons; scheutje
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
splash klateren; klotsen; opspatten; plonzen; spatten; spetteren

Computer vertaling door derden: