Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. schaamteloos:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor schaamteloos (Nederlands) in het Engels

schaamteloos:

schaamteloos bijvoeglijk naamwoord

  1. schaamteloos
    impudent; shameless

Vertaal Matrix voor schaamteloos:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
impudent schaamteloos aanmatigend; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; respectloos
shameless schaamteloos aanmatigend; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; respectloos

Verwante woorden van "schaamteloos":


Wiktionary: schaamteloos

schaamteloos
adjective
  1. Impudent, immodest, or shameless
  2. bellowing, as a calf; bawling; brawling; clamoring; disagreeably clamorous
  3. impudent
  4. having no shame

Cross Translation:
FromToVia
schaamteloos shameless; impertinent; forward effronté — Qui n’a honte de rien.