Nederlands
Uitgebreide vertaling voor roodheid (Nederlands) in het Engels
roodheid:
-
de roodheid (blozen)
Vertaal Matrix voor roodheid:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
blush | blozen; roodheid | blos |
flush | blozen; roodheid | blos; opvlieging; spoeling; vapeur |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
blush | blozen; gloeien; kleuren; rood worden | |
flush | bakstenen voegen; blozen; doorspoelen; doortrekken; gloeien; kleuren; rood worden; spoelen; voegen; wegspoelen | |
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
flush | goed bij kas |
Verwante woorden van "roodheid":
roodheid vorm van rood:
Vertaal Matrix voor rood:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
red | rood |
Verwante woorden van "rood":
Verwante definities voor "rood":
Wiktionary: rood
rood
Cross Translation:
adjective
-
red (adj.)
-
having red as its colour
-
having the colour of blood; red
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• rood | → red | ↔ Rot — roter Farbton |
• rood | → red | ↔ rot — eine bunte Farbe, im Spektrum die langwelligste Farbe; eine der drei Grundfarben des digitalen RGB-Farbraums |
• rood | → red | ↔ rot — übertragen: die Farbe des Blutes |
• rood | → cowberry; cranberry; whortleberry; lingonberry | ↔ airelle — fruit rouge |
• rood | → red | ↔ rouge — De la couleur du sang, du coquelicot, de la fraise, etc., c’est-à-dire d’une couleur de longueur d’onde comprise entre 625 et 740 nm. — (couleur) (couleur) (couleur) (couleur) (couleur) |
• rood | → redden; blush | ↔ rougir — trans|fr rendre rouge ; peindre ou teindre en rouge. |