Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. rompslomp:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor rompslomp (Nederlands) in het Engels

rompslomp:

rompslomp [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de rompslomp (veel gedoe)
    the hassle; the bother; the mess; the fuss
    • hassle [the ~] zelfstandig naamwoord
    • bother [the ~] zelfstandig naamwoord
    • mess [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fuss [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. de rompslomp
    the fuss and bother; the to-do

Vertaal Matrix voor rompslomp:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bother rompslomp; veel gedoe heisa; hinder; overlast; toestand
fuss rompslomp; veel gedoe deining; drukte; franje; gechicaneer; geharrewar; gelazer; geluid; heisa; kouwe drukte; krakeel; narigheid; omslachtigheid; ophef; poespas; rumoer; trammelant
fuss and bother rompslomp
hassle rompslomp; veel gedoe geklooi; gelazer; gerommel; gerotzooi; narigheid; trammelant
mess rompslomp; veel gedoe bedrog; bende; berg; bocht; chaos; geklieder; heisa; heksenketel; hoop; keet; kliederboel; kliederen; knoeiboel; knoeierij; nep; opeenhoping; oplichterij; puinhoop; puinzooi; regelloosheid; rommel; rotzooi; smeerboel; smerig spul; soepzootje; toestand; troep; wanorde; wanordelijkheid; warboel; warhoop; warwinkel; zooi; zootje; zwendelarij
to-do rompslomp deining; heisa; ophef; taak; toestand
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bother lastig maken; lastigvallen; obstructie plegen; storen; teisteren; tobben
mess aanklooien; droppen; druipen; druppelen; druppels laten vallen; druppen; kladden; klooien; knoeien; morsen; rotzooien; verdoen; verspillen; vlekken
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
to-do taken