Nederlands
Uitgebreide vertaling voor rijtuig (Nederlands) in het Engels
rijtuig:
Vertaal Matrix voor rijtuig:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
cab | koets; rijtuig | taxi |
car | kar; rijtuig; vehikel; voertuig; wagen | auto; kar; karretje; vehikel; wagen; wagentje |
carriage | koets; rijtuig; spoorwagon; wagon | |
cart | koets; rijtuig | karretje; vrachtkar; wagentje |
coach | koets; rijtuig | autobus; bus; coach; karos; oefenmeester; omnibus; reiswagen; spoorrijtuig; toerauto; touringcar |
railroad carriage | koets; rijtuig | |
railway carriage | rijtuig; spoorwagon; wagon | |
railway coach | koets; rijtuig; spoorwagon; wagon | |
vehicle | kar; rijtuig; vehikel; voertuig; wagen | transportmiddel; vervoermiddel; vervoersmogelijkheid; voertuig |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
cart | karren; kruien | |
coach | bijleren |