Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. rijtoer:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor rijtoer (Nederlands) in het Engels

rijtoer:

rijtoer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de rijtoer
    the ride; the drive
    • ride [the ~] zelfstandig naamwoord
    • drive [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor rijtoer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
drive rijtoer aandrift; aandrijving; autorijden; daadkracht; dagreis; diskettestation; drift; drijfjacht; dynamiek; energie; esprit; excursie; fut; gang; heenrit; impuls; inrit; instinct; klopjacht; kracht; momentum; motor; oprijlaan; oprit; prikkel; puf; reis; rijden; rijtochtje; rit; schijfstation; station; stimulans; stuwkracht; tocht; tochtje; toer; toertje; tournee; trip; uitje; uitstapje; voortstuwing; werklust
ride rijtoer heenrit
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
drive aan het stuur zitten; aandrijven; aansporen; aanzetten; berijden; een paard mennen; heien; karren; mennen; opkrikken; opwekken; opzwepen; prikkelen; rijden; sterk prikkelen; stimuleren; sturen; zenden
ride berijden; karren; paardrijden; rijden

Verwante woorden van "rijtoer":