Rijpen in het Engels vertaald uit het Nederlands

Remove Ads

Overzicht

Nederlands naar Engels: Meer gegevens...

rijpen:
- ripen; mature; age
- process of ripening; process of fermentation
rijp:
- rime; hoar-frost; frost
- ripe; fully developed; mature
Wiktionary:
- rijpen → mature, ripen, season
- rijpen → mature, ripen
- rijp → frost, hoarfrost, rime
- rijp → ripe
- rijp → ripe, hard rime, frost, hoarfrost, rime, glaze

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor rijpen (Nederlands) in het Engels

rijpen:

rijpen werkwoord (rijp, rijpt, rijpte, rijpten, gerijpt)

rijpen (rijp worden)
to ripen; to mature; to age
- ripen werkwoord (ripens, ripened, ripening)
- mature werkwoord (matures, matured, maturing)
- age werkwoord (ages, aged, ageing)

Conjugations for rijpen:

o.t.t.

rijp
rijpt
rijpt
rijpen
rijpen
rijpen

o.v.t.

rijpte
rijpte
rijpte
rijpten
rijpten
rijpten

v.t.t.

ben gerijpt
bent gerijpt
is gerijpt
zijn gerijpt
zijn gerijpt
zijn gerijpt

v.v.t.

was gerijpt
was gerijpt
was gerijpt
waren gerijpt
waren gerijpt
waren gerijpt

o.t.t.t.

zal rijpen
zult rijpen
zal rijpen
zullen rijpen
zullen rijpen
zullen rijpen

o.v.t.t.

zou rijpen
zou rijpen
zou rijpen
zouden rijpen
zouden rijpen
zouden rijpen

diversen

rijp!
rijpt!
gerijpt
rijpend

1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

rijpen [znw.] zelfstandig naamwoord

rijpen (rijpingsproces)
the process of ripening; the process of fermentation
- process of ripening [the ~] zelfstandig naamwoord
- process of fermentation [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor rijpen:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
age		eeuw; epoch; epoche; era; honderd jaar; jaartelling; leeftijd; ouderdom; oudheid; periode; tijd; tijdperk; tijdrekening; tijdsgewricht; tijdsverloop; tijdvak
process of fermentation	rijpen; rijpingsproces	fermentatieproces; gistingsproces
process of ripening	rijpen; rijpingsproces
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
age	rijp worden; rijpen	ouderdom berekenen; ouderdomsrangschikking; rangschikken naar ouderdom
mature	rijp worden; rijpen
ripen	rijp worden; rijpen
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
mature		mondig; rijp; uitgegroeid; voldragen; volgroeid; volwassen; voor zichzelf opkomend

Verwante woorden van "rijpen":

rijp

Wiktionary: rijpen

rijpen

verb

rijp worden
- rijpen → mature

rijpen

verb

to become mature; to ripen
- mature → rijpen; volwassen worden
to grow ripe
- ripen → rijpen
to become mature
- season → rijpen; rijp worden

Cross Translation:

From	To	Via
• rijpen	→ mature; ripen	↔ murir — Arriver à maturation
• rijpen	→ mature; ripen	↔ mûrir — Arriver à maturation

rijpen vorm van rijp:

rijp [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de rijp
the rime; the hoar-frost
- rime [the ~] zelfstandig naamwoord
- hoar-frost [the ~] zelfstandig naamwoord
the frost
– ice crystals forming a white deposit (especially on objects outside) ¹
- frost [the ~] zelfstandig naamwoord

rijp bijvoeglijk naamwoord

rijp (voldragen)
ripe; fully developed; mature
- ripe bijvoeglijk naamwoord
- fully developed bijvoeglijk naamwoord
- mature bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor rijp:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
frost	rijp	ijsafzetting
hoar-frost	rijp
rime	rijp
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
mature		rijp worden; rijpen
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
mature	rijp; voldragen	mondig; uitgegroeid; volgroeid; volwassen; voor zichzelf opkomend
ripe	rijp; voldragen	belegen
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
fully developed	rijp; voldragen

Verwante woorden van "rijp":

rijpheid, rijpen, rijper, rijpere, rijpst, rijpste, rijpe

Antoniemen van "rijp":

groen

Verwante definities voor "rijp":

ervoor geschikt²
- de auto is rijp voor de sloop²
geschikt om te oogsten en te eten²
- deze peren zijn rijp²
met levenservaring²
- hij is erg rijp voor zijn leeftijd²

Wiktionary: rijp

rijp

noun

aangevroren mist
- rijp → frost

adjective

tot volwassenheid gekomen zijnde
- rijp → ripe