Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. reet:
  2. rijten:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor reet (Nederlands) in het Engels

reet:

reet [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de reet (inkeping; kloof; uitsparing; )
    the gap; the cavity; the interstice; the cut-away; the opening; the hole; the crevice; the gash; the fissure; the cleft; the cranny; the saving
    • gap [the ~] zelfstandig naamwoord
    • cavity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • interstice [the ~] zelfstandig naamwoord
    • cut-away [the ~] zelfstandig naamwoord
    • opening [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hole [the ~] zelfstandig naamwoord
    • crevice [the ~] zelfstandig naamwoord
    • gash [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fissure [the ~] zelfstandig naamwoord
    • cleft [the ~] zelfstandig naamwoord
    • cranny [the ~] zelfstandig naamwoord
    • saving [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor reet:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cavity barst; gat; groef; inkeping; kloof; opening; reet; scheur; split; uitsparing cariës; compartiment; coupé; hol; holle ruimte; holte; kuil; muurnis; niche; nis; uitholling
cleft barst; gat; groef; inkeping; kloof; opening; reet; scheur; split; uitsparing bergkloof; bergspleet; gleuf; kier; kloof; kuiltje; opening; ravijn; rotskloof; rotsspleet; sleuf; spouw
cranny barst; gat; groef; inkeping; kloof; opening; reet; scheur; split; uitsparing kloof; opening; spleet; tussenruimte; uitsparing
crevice barst; gat; groef; inkeping; kloof; opening; reet; scheur; split; uitsparing kloof; opening; spleet; tussenruimte; uitsparing
cut-away barst; gat; groef; inkeping; kloof; opening; reet; scheur; split; uitsparing
fissure barst; gat; groef; inkeping; kloof; opening; reet; scheur; split; uitsparing gleuf; kier; kloof; opening; ravijn; rotsspleet; sleuf; spleet; splijting; tussenruimte; uitsparing
gap barst; gat; groef; inkeping; kloof; opening; reet; scheur; split; uitsparing gaping; gebrek; gleuf; hiaat; interim; kier; lacune; leegte; leemte; manco; onderbreking; opening; sleuf; tussenpoos; tussentijd; zwakheid
gash barst; gat; groef; inkeping; kloof; opening; reet; scheur; split; uitsparing hak; houw; houwen; inkeping; inkerving; insnijding; jaap; japen; keep; kerf; slag met een scherp werktuig; snede; sneden; snee
hole barst; gat; groef; inkeping; kloof; opening; reet; scheur; split; uitsparing aars; anus; gaatje; gat; hol; hol van een dier; kuil; leger; lek; lekken; nest; schuilplaats; uitholling; waterlek
interstice barst; gat; groef; inkeping; kloof; opening; reet; scheur; split; uitsparing
opening barst; gat; groef; inkeping; kloof; opening; reet; scheur; split; uitsparing aanvang; afzetgebied; afzetmarkt; begin; bijt; inzet; kloof; ontsluiten; ontsluiting; opening; openlegging; openmaken; openstelling; spleet; start; tussenruimte; uitsparing; wak
saving barst; gat; groef; inkeping; kloof; opening; reet; scheur; split; uitsparing bekorting; bergen; besnoeiing; besparing; bewaren; bezuiniging; inkrimping; kostenbesparing; verkorting
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cleft gespleten; gevorkt
opening inleidend; introducerend; voorafgaand; voorgaand

Verwante woorden van "reet":

  • reten

Wiktionary: reet

reet
noun
  1. informal: buttocks or anus
  2. anus
  3. buttocks

Cross Translation:
FromToVia
reet arsehole; asshole Arschlochvulgär: After
reet anus; arse; ass; asshole anus — anatomie|fr orifice du rectum par lequel se terminer l’intestin.

rijten:

rijten werkwoord (rijt, reet, reten, gereten)

  1. rijten (openscheuren; losscheuren; openrijten)
    rip open; to tear open; to tear
    • rip open werkwoord
    • tear open werkwoord (tears open, tore open, tearing open)
    • tear werkwoord (tears, tore, tearing)

Conjugations for rijten:

o.t.t.
  1. rijt
  2. rijt
  3. rijt
  4. rijten
  5. rijten
  6. rijten
o.v.t.
  1. reet
  2. reet
  3. reet
  4. reten
  5. reten
  6. reten
v.t.t.
  1. heb gereten
  2. hebt gereten
  3. heeft gereten
  4. hebben gereten
  5. hebben gereten
  6. hebben gereten
v.v.t.
  1. had gereten
  2. had gereten
  3. had gereten
  4. hadden gereten
  5. hadden gereten
  6. hadden gereten
o.t.t.t.
  1. zal rijten
  2. zult rijten
  3. zal rijten
  4. zullen rijten
  5. zullen rijten
  6. zullen rijten
o.v.t.t.
  1. zou rijten
  2. zou rijten
  3. zou rijten
  4. zouden rijten
  5. zouden rijten
  6. zouden rijten
en verder
  1. is gereten
  2. zijn gereten
diversen
  1. rijt!
  2. rijt!
  3. gereten
  4. rijtend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor rijten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tear scheur; torn; traan; winkelhaak in kleding
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
rip open losscheuren; openrijten; openscheuren; rijten
tear losscheuren; openrijten; openscheuren; rijten accentueren; benadrukken; huilen; inscheuren; kapot scheuren; scheuren; tranen; tranen afscheiden; verscheuren
tear open losscheuren; openrijten; openscheuren; rijten kraken; losbreken; openbreken; openrukken; opensperren

Wiktionary: rijten

rijten
verb
  1. met een scheurende beweging uit elkaar trekken

Cross Translation:
FromToVia
rijten tear; rip déchirer — Traductions à trier suivant le sens

Computer vertaling door derden: