Overzicht
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor plonzen (Nederlands) in het Engels
plonzen:
-
plonzen
Conjugations for plonzen:
o.t.t.
- plons
- plonst
- plonst
- plonzen
- plonzen
- plonzen
o.v.t.
- plonsde
- plonsde
- plonsde
- plonsden
- plonsden
- plonsden
v.t.t.
- heb geplonsd
- hebt geplonsd
- heeft geplonsd
- hebben geplonsd
- hebben geplonsd
- hebben geplonsd
v.v.t.
- had geplonsd
- had geplonsd
- had geplonsd
- hadden geplonsd
- hadden geplonsd
- hadden geplonsd
o.t.t.t.
- zal plonzen
- zult plonzen
- zal plonzen
- zullen plonzen
- zullen plonzen
- zullen plonzen
o.v.t.t.
- zou plonzen
- zou plonzen
- zou plonzen
- zouden plonzen
- zouden plonzen
- zouden plonzen
en verder
- ben geplonsd
- bent geplonsd
- is geplonsd
- zijn geplonsd
- zijn geplonsd
- zijn geplonsd
diversen
- plons!
- plonst!
- geplonsd
- plonzend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor plonzen:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
splash | plens; plons; scheutje; spat; spatter | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
plunge | plonzen | duiken; induiken; steil vallen; vooroverduiken |
splash | plonzen | klateren; klotsen; opspatten; spatten; spetteren |
Verwante woorden van "plonzen":
Wiktionary: plonzen
plonzen
Cross Translation:
verb
-
een geluid voortbrengen zoals dat van iets dat luidruchtig in een vloeistof ondergedompeld wordt
- plonzen → splash
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• plonzen | → lap; plash; splash; beat; paddle | ↔ barboter — bredouiller, marmonner, parler d’une manière confuse, s’embrouiller dans ses explications. |
• plonzen | → lap; plash; splash; beat | ↔ clapoter — marine|fr éprouver le clapotis. |
plons:
Vertaal Matrix voor plons:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
splash | plons | plens; scheutje; spat; spatter |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
splash | klateren; klotsen; opspatten; plonzen; spatten; spetteren |