Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bother
|
hinder; overlast
|
heisa; rompslomp; toestand; veel gedoe
|
difficulty
|
hinder; last; moeite; overlast; soesa
|
ingewikkeldheid; moeilijkheid; narigheid; penarie; probleem
|
hindrance
|
hinder; last; moeite; overlast; soesa
|
belemmering; beletsel; bemoeilijking; hinder; hindernis; hinderpaal; klip; obstakel; obstructie; sabotage; struikelblok; tegenwerking; verhinderd zijn; verhindering
|
impediment
|
hinder; last; moeite; overlast; soesa
|
afwijking; belemmering; beletsel; bemoeilijking; breidel; gebrek; handicap; hinder; hindernis; hinderpaal; klip; obstakel; obstructie; verhinderd zijn; verhindering
|
inconvenience
|
hinder; last; moeite; overlast; soesa
|
lastigheid; ongemak; ongerief
|
load
|
hinder; last; moeite; overlast; soesa
|
accumulatie; belading; belasting; bende; berg; drom; grote hoeveelheid; hoop; horde; lading; last; massa; menigte; opeenhoping; opeenstapeling; ophoping; overvloed; schare; stapel; vracht; vrachtgoed; vrachtje
|
nuisance
|
ergernis; hinder; last; moeite; overlast; soesa
|
aanstoot; ergernis; hinder; hinderlijk persoon; irritatie; lastigheid; lastpak; lastpost; mishandeling; misnoegen; molestatie; ongemak; ongerief; pestkop; treiteraar
|
obstacle
|
hinder; overlast
|
belemmering; beletsel; bemoeilijking; bobbel; hinder; hindernis; hinderpaal; hobbel; klip; obstakel; obstructie; oneffenheid; ongelijkheid; struikelblok; verhinderd zijn; verhindering; verstopping in het lichaam
|
trouble
|
hinder; overlast
|
bemoeilijking; beroering; chaos; ellende; gedram; gehannes; gestuntel; gevaar; gezanik; gezeur; heksenketel; hinder; keet; knik; kommer; kwaal; kwel; lastigheid; malheur; misère; moeilijkheden; ongeluk; onheil; onheilsdreiging; onraad; onrust; onspoed; opstootje; ordeverstoring; pech; puinhoop; ramp; rampspoed; regelloosheid; rel; roerigheid; rottigheid; slepende ziekte; stoornis; strubbeling; tegenslag; tegenspoed; terugslag; terugslagen; wanorde; wanordelijkheid; zootje
|
weight
|
hinder; last; moeite; overlast; soesa
|
aantal kilogrammen; belading; belang; gevoelslast; gewicht; gewichtigheid; gewichtsklasse; lading; last; vracht; zwaarte
|
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bother
|
|
lastig maken; lastigvallen; obstructie plegen; storen; teisteren; tobben
|
inconvenience
|
|
ontrieven
|
load
|
|
beladen; bevrachten; bezwaren; geweer laden; gewicht toevoegen; inladen; laden; opladen elektriciteit; opnieuw laden; verzwaren; zwaarder maken
|
trouble
|
|
lastig maken; lastigvallen; teisteren
|
weight
|
|
bezwaren; gewicht toevoegen; verzwaren; zwaarder maken
|