Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. opvolgend:
  2. opvolgen:
  3. Wiktionary:
  4. Gebruikers suggesties voor opvolgend:
    • sequential


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor opvolgend (Nederlands) in het Engels

opvolgend:

opvolgend bijvoeglijk naamwoord

  1. opvolgend
    subsequent; succeeding

Vertaal Matrix voor opvolgend:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
succeeding gelukken; lukken; slagen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
subsequent opvolgend komend; navolgend; onderstaande; volgend; volgende
succeeding opvolgend navolgend; onderstaande; volgende

opvolgen:

opvolgen werkwoord (volg op, volgt op, volgde op, volgden op, opgevolgd)

  1. opvolgen (volgen; navolgen)
    to follow; to imitate
    • follow werkwoord (follows, followed, following)
    • imitate werkwoord (imitates, imitated, imitating)

Conjugations for opvolgen:

o.t.t.
  1. volg op
  2. volgt op
  3. volgt op
  4. volgen op
  5. volgen op
  6. volgen op
o.v.t.
  1. volgde op
  2. volgde op
  3. volgde op
  4. volgden op
  5. volgden op
  6. volgden op
v.t.t.
  1. heb opgevolgd
  2. hebt opgevolgd
  3. heeft opgevolgd
  4. hebben opgevolgd
  5. hebben opgevolgd
  6. hebben opgevolgd
v.v.t.
  1. had opgevolgd
  2. had opgevolgd
  3. had opgevolgd
  4. hadden opgevolgd
  5. hadden opgevolgd
  6. hadden opgevolgd
o.t.t.t.
  1. zal opvolgen
  2. zult opvolgen
  3. zal opvolgen
  4. zullen opvolgen
  5. zullen opvolgen
  6. zullen opvolgen
o.v.t.t.
  1. zou opvolgen
  2. zou opvolgen
  3. zou opvolgen
  4. zouden opvolgen
  5. zouden opvolgen
  6. zouden opvolgen
en verder
  1. ben opgevolgd
  2. bent opgevolgd
  3. is opgevolgd
  4. zijn opgevolgd
  5. zijn opgevolgd
  6. zijn opgevolgd
diversen
  1. volg op!
  2. volgt op!
  3. opgevolgd
  4. opvolgend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor opvolgen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
follow navolgen; opvolgen; volgen achternagaan; achternalopen; een fusie aangaan; fuseren; komen na; nakomen; nalopen; navolgen; samengaan; volgen
imitate navolgen; opvolgen; volgen falsificeren; imiteren; kopiëren; nabootsen; nadoen; namaken; navolgen; naäpen; vervalsen

Wiktionary: opvolgen

opvolgen
verb
  1. uitvoeren wat een ander aangeraden of bevolen heeft
  2. iemands functie overnemen
opvolgen
adjective
  1. second in a series

Cross Translation:
FromToVia
opvolgen follow; come after; succeed; trail; abide by; abide; travel suivre — Traductions à trier suivant le sens

User Translations:
Word Translation Votes
opvolgend sequential 6

Computer vertaling door derden: