Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. onwankelbaar:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor onwankelbaar (Nederlands) in het Engels

onwankelbaar:

onwankelbaar bijvoeglijk naamwoord

  1. onwankelbaar (onwrikbaar; standvastig; volhardend; vasthoudend; pal)
    persistent

Vertaal Matrix voor onwankelbaar:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
persistent onwankelbaar; onwrikbaar; pal; standvastig; vasthoudend; volhardend aanhoudend; aldoor; almaar; altijddurend; bokkig; constant; continue; de hele tijd; doorlopend; dwars; eeuwig; gedurig; hardnekkig; koppig; onafgebroken; onafgelaten; ononderbroken; onophoudelijk; steeds; stijfhoofdig; telkens; uithoudend; verdragend; voortdurend; weerbarstig; weerspannig

Verwante woorden van "onwankelbaar":


Wiktionary: onwankelbaar

onwankelbaar
adjective
  1. door niets aan het wankelen te krijgen