Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. onregelmatigheid:
  2. onregelmatig:
  3. Wiktionary:
  4. Gebruikers suggesties voor onregelmatigheid:
    • anomaly


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor onregelmatigheid (Nederlands) in het Engels

onregelmatigheid:

onregelmatigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de onregelmatigheid (het onregelmatig-zijn)
    the irregularity; the disorders

Vertaal Matrix voor onregelmatigheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
disorders het onregelmatig-zijn; onregelmatigheid
irregularity het onregelmatig-zijn; onregelmatigheid ongeregeldheid

Verwante woorden van "onregelmatigheid":


Wiktionary: onregelmatigheid

onregelmatigheid
noun
  1. dated: an irregularity or inconsistency
  2. something or someone that is strange or unusual

onregelmatig:

onregelmatig bijvoeglijk naamwoord

  1. onregelmatig (frauduleus; onwetmatig)
    irregular; fraudulent; illegitimate; unlawful; illegal

Vertaal Matrix voor onregelmatig:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fraudulent frauduleus; onregelmatig; onwetmatig
illegal frauduleus; onregelmatig; onwetmatig crimineel; criminele; illegaal; illegitiem; misdadig; ongeoorloofd; onrechtmatig; onwetmatig; onwettelijk; onwettig; verboden; verboden bij de wet; wederrechtelijk; wederrechtelijke
illegitimate frauduleus; onregelmatig; onwetmatig illegaal; ongeoorloofd; onrechtmatig; onwetmatig; onwettelijk; onwettig; verboden; wederrechtelijk
irregular frauduleus; onregelmatig; onwetmatig bobbelig; hobbelig
unlawful frauduleus; onregelmatig; onwetmatig illegaal; illegitiem; ongeoorloofd; onwetmatig; onwettelijk; onwettig; verboden; wederrechtelijk

Verwante woorden van "onregelmatig":

  • onregelmatigheid, onregelmatiger, onregelmatigere, onregelmatigst, onregelmatigste, onregelmatige

Wiktionary: onregelmatig

onregelmatig
adjective
  1. casual, irregular
  2. nonstandard
  3. unsteady, random; prone to unexpected changes; not consistent