Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. objectief:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor objectief (Nederlands) in het Engels

objectief:

objectief bijvoeglijk naamwoord

  1. objectief (onpartijdig)
    objective; unbiased; impartial; neutral

Vertaal Matrix voor objectief:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
neutral vrijwiel
objective bestemming; doel; doeleinde; doelstelling; einddoel; eindpunt; inzet; oogmerk; opzet; plan; planning; reisbestemming; streven; toeleg
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
impartial objectief; onpartijdig neutraal; onzijdig
neutral objectief; onpartijdig neutraal; onzijdig
objective objectief; onpartijdig
unbiased objectief; onpartijdig

Wiktionary: objectief

objectief
noun
  1. lens
  2. result one is attempting to achieve
  3. purpose or objective
adverb
  1. in an impartial, objective manner
adjective
  1. based on observed fact
  2. not influenced by emotions
  3. relating to a material object
  4. impartial and free from prejudice

Cross Translation:
FromToVia
objectief objective objektiv — nicht von persönlichen Gefühlen oder Meinungen bestimmt
objectief aim; end fin — Objectif