Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. mus:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor mus (Nederlands) in het Engels

mus:

mus [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de mus (gewone mus)
    the sparrow
    • sparrow [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor mus:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sparrow gewone mus; mus

Verwante woorden van "mus":

  • mussen

Verwante definities voor "mus":

  1. klein, grijs/bruin veel voorkomend vogeltje1
    • de mussen pikten al het brood op1

Wiktionary: mus

mus
noun
  1. Passeridae, een zangvogel behorend tot de wevervogels die zelden ver van de mensen nestelt
mus
noun
  1. bird of the family Passeridae
  2. -

Cross Translation:
FromToVia
mus sparrow SpatzOrnithologie: der Sperling (Passer), ein körnerfressender Singvogel, speziell der Haussperling (P. domesticus)
mus sparrow SperlingOrnithologie: eine Vogelfamilie, kleine Finkenvögel mit kegelförmigem Schnabel, leben von Sämereien und Insekten
mus sparrow moineau — ornithol|nocat Une des espèces de petits oiseaux passereaux trapus au bec court et au plumage brunâtre et clair qui fait son nid dans les trous des murailles ou de tout bâtiment.
mus sparrow passereaumoineau.
mus sparrow passéridé — ornithol|nocat Membre d’une famille d’oiseaux passereaux, les moineaux et alliés, petits passereaux robustes à petit bec puissant, à queue courte, gris-bruns, granivores et insectivores.

Verwante vertalingen van mus