Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. mensen:
  2. mens:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor mensen (Nederlands) in het Engels

mensen:

mensen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de mensen
    the people; the humans; the folks
    • people [the ~] zelfstandig naamwoord
    • humans [the ~] zelfstandig naamwoord
    • folks [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor mensen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
folks mensen lieden; lui; luitjes
humans mensen
people mensen lieden; lui; luitjes; natie; volk
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
people bevolken

Verwante woorden van "mensen":


Wiktionary: mensen

mensen
  1. human people
noun
  1. a body of human beings; a group of two or more persons
  2. a group of persons regarded as being employees etc.

mensen vorm van mens:

mens [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de mens (persoon; wezen; individu; sterveling)
    the person; the being; the mortal; the individual; the human being
    • person [the ~] zelfstandig naamwoord
    • being [the ~] zelfstandig naamwoord
    • mortal [the ~] zelfstandig naamwoord
    • individual [the ~] zelfstandig naamwoord
    • human being [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. de mens (persoon; mensenkind; iemand; individu; wezen)
    the person; the man; the human; the individual; the human being
    • person [the ~] zelfstandig naamwoord
    • man [the ~] zelfstandig naamwoord
    • human [the ~] zelfstandig naamwoord
    • individual [the ~] zelfstandig naamwoord
    • human being [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. de mens (menselijk wezen)
    the human being

Vertaal Matrix voor mens:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
being individu; mens; persoon; sterveling; wezen bestaan; existentie; leven; zijn
human iemand; individu; mens; mensenkind; persoon; wezen
human being iemand; individu; mens; menselijk wezen; mensenkind; persoon; sterveling; wezen
individual iemand; individu; mens; mensenkind; persoon; sterveling; wezen eenling; enkeling; figuur; individu; type
man iemand; individu; mens; mensenkind; persoon; wezen butler; damschijf; gast; goser; gozer; herenknecht; kamerbediende; kamerdienaar; kerel; knakker; knul; man; manspersoon; schijf; vent
mortal individu; mens; persoon; sterveling; wezen
person iemand; individu; mens; mensenkind; persoon; sterveling; wezen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
man bemannen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
human humanitair; menselijk
individual individueel; persoonsgebonden
mortal sterfelijk
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
being zijnd

Verwante woorden van "mens":


Verwante definities voor "mens":

  1. vrouw1
    • wat een vervelend mens is dat!1
  2. wezen dat kan denken en praten1
    • op de aarde leven mensen, dieren en planten1

Wiktionary: mens

mens
noun
  1. de Homo sapiens, het zoogdier waar wij toe gerekend worden
mens
noun
  1. human
  2. person
  3. a human being

Cross Translation:
FromToVia
mens man; person; human; individual Mensch[1] als einzelnes Individuum
mens human being Mensch — ein Lebewesen; Spezies, der Klasse der Säugetiere angehörend, das sich durch folgende besondere Eigenschaften auszeichnet: aufrechter Gang, Sprache, Erfindertum, Vorausdenken und Nachahmung
mens man; human; human being homme — Être humain.
mens human humainêtre vivant qui fait partie de l’espèce humaine.
mens human being être humaincréature vivante membre de l’espèce humaine.

Verwante vertalingen van mensen