Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. luchtruim:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor luchtruim (Nederlands) in het Engels

luchtruim:

luchtruim [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het luchtruim
    the airspace; the air; the space
    • airspace [the ~] zelfstandig naamwoord
    • air [the ~] zelfstandig naamwoord
    • space [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. het luchtruim
    the air space

Vertaal Matrix voor luchtruim:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
air luchtruim deun; ether; wijs
air space luchtruim
airspace luchtruim
space luchtruim Space; afstand; distantie; eindpunt; heelal; kloof; opening; periode; ruimte; spatie; spleet; termijn; tijdsbestek; tijdsduur; tussenruimte; uitsparing; universum; wereldruimte
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
air afreageren; luchten
space spatieren; spatiëren; van spaties voorzien

Wiktionary: luchtruim

luchtruim
noun
  1. de luchtlagen boven een bepaald grondgebied
luchtruim
noun
  1. part of sky used by aircraft
  2. controlled portion of atmosphere