Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. krul:
  2. krullen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor krul (Nederlands) in het Engels

krul:

krul [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de krul (krulvorm)
    the curl; the ringlet
    • curl [the ~] zelfstandig naamwoord
    • ringlet [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. de krul (haarkrul)
    the curl of hair
  3. de krul (krullende haarlok; krulletje)
    the curl; the curling lock; the lock
    • curl [the ~] zelfstandig naamwoord
    • curling lock [the ~] zelfstandig naamwoord
    • lock [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. de krul (urinoir; vespasienne; waterplaats; straaturinoir)
    the urinal
    • urinal [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor krul:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
curl krul; krullende haarlok; krulletje; krulvorm
curl of hair haarkrul; krul haarsliert
curling lock krul; krullende haarlok; krulletje
lock krul; krullende haarlok; krulletje deurslot; geheel van sluizen; haarkuif; klamp; koeklauw; kuif; sas; schutsluisje; slot; sluis; sluiswerk; sluiswerken; verlaat
ringlet krul; krulvorm cirkeltje; kringel; kringetje
urinal krul; straaturinoir; urinoir; vespasienne; waterplaats pisbak; pisfles; pisglas; urinaal; urinefles
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
curl in de krul zetten; krullen
lock aandraaien; afgrendelen; afsluiten; borgen; dichtdoen; dichtmaken; door draaien vastmaken; grendelen; locken; op slot doen; op slot zetten; schutten; sluiten; vergrendelen

Verwante woorden van "krul":


Wiktionary: krul

krul
noun
  1. end of a violin

Cross Translation:
FromToVia
krul kiss-curl; guiche guicheaccroche-cœur, boucle de cheveux.

krul vorm van krullen:

krullen werkwoord (krul, krult, krulde, krulden, gekruld)

  1. krullen (in de krul zetten)
    to curl; put in curlers

Conjugations for krullen:

o.t.t.
  1. krul
  2. krult
  3. krult
  4. krullen
  5. krullen
  6. krullen
o.v.t.
  1. krulde
  2. krulde
  3. krulde
  4. krulden
  5. krulden
  6. krulden
v.t.t.
  1. ben gekruld
  2. bent gekruld
  3. is gekruld
  4. zijn gekruld
  5. zijn gekruld
  6. zijn gekruld
v.v.t.
  1. was gekruld
  2. was gekruld
  3. was gekruld
  4. waren gekruld
  5. waren gekruld
  6. waren gekruld
o.t.t.t.
  1. zal krullen
  2. zult krullen
  3. zal krullen
  4. zullen krullen
  5. zullen krullen
  6. zullen krullen
o.v.t.t.
  1. zou krullen
  2. zou krullen
  3. zou krullen
  4. zouden krullen
  5. zouden krullen
  6. zouden krullen
en verder
  1. ben gekruld
  2. bent gekruld
  3. is gekruld
  4. zijn gekruld
  5. zijn gekruld
  6. zijn gekruld
diversen
  1. krul!
  2. krult!
  3. gekruld
  4. krullend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

krullen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de krullen
    the curls
    • curls [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. de krullen (krulhaar; permanent; krulletjes)
    the curly hair; the curls
    • curly hair [the ~] zelfstandig naamwoord
    • curls [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor krullen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
curl krul; krullende haarlok; krulletje; krulvorm
curls krulhaar; krullen; krulletjes; permanent
curly hair krulhaar; krullen; krulletjes; permanent
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
curl in de krul zetten; krullen
put in curlers in de krul zetten; krullen

Verwante woorden van "krullen":


Wiktionary: krullen

krullen
verb
  1. curl up

Cross Translation:
FromToVia
krullen curl; do frisermettre en boucles des cheveux ou des poils.

Verwante vertalingen van krul