Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. kruien:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kruien (Nederlands) in het Engels

kruien:

kruien werkwoord (krui, kruit, kruide, kruiden, gekruid)

  1. kruien (karren)
    trundle
    – move heavily 1
    • trundle werkwoord
      • the streetcar trundled down the avenue1
    to cart
    – transport something in a cart 1
    • cart werkwoord (carts, carted, carting)
    to wheel
    – wheel somebody or something 1
    • wheel werkwoord (wheels, wheeled, wheeling)

Conjugations for kruien:

o.t.t.
  1. krui
  2. kruit
  3. kruit
  4. kruien
  5. kruien
  6. kruien
o.v.t.
  1. kruide
  2. kruide
  3. kruide
  4. kruiden
  5. kruiden
  6. kruiden
v.t.t.
  1. heb gekruid
  2. hebt gekruid
  3. heeft gekruid
  4. hebben gekruid
  5. hebben gekruid
  6. hebben gekruid
v.v.t.
  1. had gekruid
  2. had gekruid
  3. had gekruid
  4. hadden gekruid
  5. hadden gekruid
  6. hadden gekruid
o.t.t.t.
  1. zal kruien
  2. zult kruien
  3. zal kruien
  4. zullen kruien
  5. zullen kruien
  6. zullen kruien
o.v.t.t.
  1. zou kruien
  2. zou kruien
  3. zou kruien
  4. zouden kruien
  5. zouden kruien
  6. zouden kruien
diversen
  1. krui!
  2. kruit!
  3. gekruid
  4. kruiend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor kruien:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cart karretje; koets; rijtuig; vrachtkar; wagentje
wheel fiets; molenrad; rad; rijwiel; scheprad; stuur; stuurrad; stuurwiel; waterrad; wiel
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cart karren; kruien
trundle karren; kruien
wheel karren; kruien fietsen