Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. kraampjes:
  2. kraampje:
  3. kraam:
  4. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kraampjes (Nederlands) in het Engels

kraampjes:

kraampjes [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. kraampjes (stands; stalletjes)
    the stands; the stalls; the booths
    • stands [the ~] zelfstandig naamwoord
    • stalls [the ~] zelfstandig naamwoord
    • booths [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor kraampjes:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
booths kraampjes; stalletjes; stands
stalls kraampjes; stalletjes; stands
stands kraampjes; stalletjes; stands standplaatsen

Verwante woorden van "kraampjes":


kraampjes vorm van kraampje:

kraampje [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het kraampje
    the stand; the booth; the market stall; the stall
    • stand [the ~] zelfstandig naamwoord
    • booth [the ~] zelfstandig naamwoord
    • market stall [the ~] zelfstandig naamwoord
    • stall [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor kraampje:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
booth kraampje kraam; marktkraam; stalletje; stand; tent
market stall kraampje marktkraam
stall kraampje kraam; stalletje; stand
stand kraampje bewering; denkbeeld; driepoot; getuigenbank; gezichtspunt; houding; idee; interpretatie; inzicht; kraam; lezing; mat; matje; mening; onderlegger; onderstel; onderzetter; oordeel; opinie; opvatting; placemat; poot; positie; sokkel; staander; stalletje; stand; stand op jaarbeurs; standpunt; standpuntbepaling; stellingname; tafelmatje; thema; visie; voet; voetstuk; zienswijze; zuilvoet
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stand doorleven; doorstaan; dragen; dulden; harden; staan; uithouden; uitzingen; velen; verdragen; verduren; verteren; volhouden

Verwante woorden van "kraampje":


kraam:

kraam [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de kraam (stand; stalletje)
    the stand; the booth; the stall
    • stand [the ~] zelfstandig naamwoord
    • booth [the ~] zelfstandig naamwoord
    • stall [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor kraam:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
booth kraam; stalletje; stand kraampje; marktkraam; tent
stall kraam; stalletje; stand kraampje
stand kraam; stalletje; stand bewering; denkbeeld; driepoot; getuigenbank; gezichtspunt; houding; idee; interpretatie; inzicht; kraampje; lezing; mat; matje; mening; onderlegger; onderstel; onderzetter; oordeel; opinie; opvatting; placemat; poot; positie; sokkel; staander; stand; stand op jaarbeurs; standpunt; standpuntbepaling; stellingname; tafelmatje; thema; visie; voet; voetstuk; zienswijze; zuilvoet
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stand doorleven; doorstaan; dragen; dulden; harden; staan; uithouden; uitzingen; velen; verdragen; verduren; verteren; volhouden

Verwante woorden van "kraam":


Wiktionary: kraam

kraam
noun
  1. verplaatsbare tent waarin (op markten) koopwaar of (op kermissen) vermaak wordt aangeboden
kraam
noun
  1. small building or booth

Cross Translation:
FromToVia
kraam birth accouchement — reproduction|fr action d’accoucher.
kraam scramble; shed; stand; booth; lean-to; stall kiosque — urbanisme|fr siècle|XVIII Dans l’aménagement des parc et jardin, pavillon pour l’agrément ou la musique, d’inspiration oriental, de structure léger et ouverte et de plan circulaire ou polygonal.
kraam shop; stall; booth échoppe — Petite boutique ordinairement en appentis et adossée contre une muraille.
kraam stall; table étal — Table de marché (2)