Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. koketteren:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor koketteren (Nederlands) in het Engels

koketteren:

koketteren werkwoord (koketteer, koketteert, koketteerde, koketteerden, gekoketteerd)

  1. koketteren
    to coquet; to flirt
    • coquet werkwoord (coquets, coquetted, coquetting)
    • flirt werkwoord (flirts, flirted, flirting)

Conjugations for koketteren:

o.t.t.
  1. koketteer
  2. koketteert
  3. koketteert
  4. koketteren
  5. koketteren
  6. koketteren
o.v.t.
  1. koketteerde
  2. koketteerde
  3. koketteerde
  4. koketteerden
  5. koketteerden
  6. koketteerden
v.t.t.
  1. heb gekoketteerd
  2. hebt gekoketteerd
  3. heeft gekoketteerd
  4. hebben gekoketteerd
  5. hebben gekoketteerd
  6. hebben gekoketteerd
v.v.t.
  1. had gekoketteerd
  2. had gekoketteerd
  3. had gekoketteerd
  4. hadden gekoketteerd
  5. hadden gekoketteerd
  6. hadden gekoketteerd
o.t.t.t.
  1. zal koketteren
  2. zult koketteren
  3. zal koketteren
  4. zullen koketteren
  5. zullen koketteren
  6. zullen koketteren
o.v.t.t.
  1. zou koketteren
  2. zou koketteren
  3. zou koketteren
  4. zouden koketteren
  5. zouden koketteren
  6. zouden koketteren
diversen
  1. koketteer!
  2. koketteert!
  3. gekoketteerd
  4. koketterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor koketteren:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
flirt jongensgek; lonker; scharrelpartijtje; vrijage
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
coquet koketteren
flirt koketteren aan de scharrel zijn; flirten; lonken; oogje maken; scharrelen; sjansen

Wiktionary: koketteren

koketteren
verb
  1. behaagziek zijn