Overzicht
Nederlands naar Engels: Meer gegevens...
- kerkelijk:
-
Wiktionary:
- kerkelijk → ecclesiastical, ecclesiastic
-
Gebruikers suggesties voor kerkelijk:
- ecclesiastical
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor kerkelijk (Nederlands) in het Engels
kerkelijk:
-
kerkelijk (geestelijk; religieus; gelovig; vroom; godvruchtig; godsdienstig)
religious; spiritual; devout; pious; God-fearing-
religious bijvoeglijk naamwoord
-
spiritual bijvoeglijk naamwoord
-
devout bijvoeglijk naamwoord
-
pious bijvoeglijk naamwoord
-
God-fearing bijvoeglijk naamwoord
-
-
kerkelijk (kerksgezind; kerks)
churchgoing-
churchgoing bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor kerkelijk:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
churchgoing | kerkelijk; kerks; kerksgezind | |
devout | geestelijk; gelovig; godsdienstig; godvruchtig; kerkelijk; religieus; vroom | devoot; godsdienstig; godsvruchtig; godzalig; religieus; vroom |
pious | geestelijk; gelovig; godsdienstig; godvruchtig; kerkelijk; religieus; vroom | devoot; godsvruchtig; godzalig; vroom |
religious | geestelijk; gelovig; godsdienstig; godvruchtig; kerkelijk; religieus; vroom | godsdienstig; religieus; vroom |
spiritual | geestelijk; gelovig; godsdienstig; godvruchtig; kerkelijk; religieus; vroom | geestelijk; geestelijke; innerlijk; inwendig; onstoffelijk; spiritueel; spirituele |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
God-fearing | geestelijk; gelovig; godsdienstig; godvruchtig; kerkelijk; religieus; vroom | godvrezend; godzalig |
Verwante woorden van "kerkelijk":
Wiktionary: kerkelijk
kerkelijk
adjective
-
pertaining to the church