Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. inmengen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor inmengt (Nederlands) in het Engels

inmengen:

inmengen werkwoord (meng in, mengt in, mengde in, mengden in, ingemengd)

  1. inmengen (bemoeien; mengen)
    to interfere; to intervene; to blend; to step in; stir together; to mix; to mind
    • interfere werkwoord (interferes, interfered, interfering)
    • intervene werkwoord (intervenes, intervened, intervening)
    • blend werkwoord (blends, blended, blending)
    • step in werkwoord (steps in, stepped in, stepping in)
    • stir together werkwoord
    • mix werkwoord (mixes, mixed, mixing)
    • mind werkwoord (minds, minded, minding)

Conjugations for inmengen:

o.t.t.
  1. meng in
  2. mengt in
  3. mengt in
  4. mengen in
  5. mengen in
  6. mengen in
o.v.t.
  1. mengde in
  2. mengde in
  3. mengde in
  4. mengden in
  5. mengden in
  6. mengden in
v.t.t.
  1. heb ingemengd
  2. hebt ingemengd
  3. heeft ingemengd
  4. hebben ingemengd
  5. hebben ingemengd
  6. hebben ingemengd
v.v.t.
  1. had ingemengd
  2. had ingemengd
  3. had ingemengd
  4. hadden ingemengd
  5. hadden ingemengd
  6. hadden ingemengd
o.t.t.t.
  1. zal inmengen
  2. zult inmengen
  3. zal inmengen
  4. zullen inmengen
  5. zullen inmengen
  6. zullen inmengen
o.v.t.t.
  1. zou inmengen
  2. zou inmengen
  3. zou inmengen
  4. zouden inmengen
  5. zouden inmengen
  6. zouden inmengen
en verder
  1. is ingemengd
diversen
  1. meng in!
  2. mengt in!
  3. ingemengd
  4. inmengend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor inmengen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blend melange; mengeling; menging; mengsel; mêleren
mind aard; bewustzijn; brein; geaardheid; gemoed; inborst; inslag; inzicht; karakter; mentaliteit; natuur; rede; verstand
mix melêren; mengen; mix; mixen; mêleren; vermengen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blend bemoeien; inmengen; mengen dooreenmengen; mengen; vermengen
interfere bemoeien; inmengen; mengen bemiddelen; ingrijpen; interfereren; interrumperen; interveniëren; tussenbeide komen; tussenkomen
intervene bemoeien; inmengen; mengen bemiddelen; ingrijpen; interfereren; interrumperen; interveniëren; tussenbeide komen; tussenkomen
mind bemoeien; inmengen; mengen opletten; oppassen; uitkijken voor
mix bemoeien; inmengen; mengen door elkaar schudden; dooreenmengen; husselen; hutselen; mengen; mixen; roeren; samenschikken; vermengen; verroeren
step in bemoeien; inmengen; mengen bemiddelen; ingrijpen; interfereren; interrumperen; interveniëren; tussenbeide komen; tussenkomen
stir together bemoeien; inmengen; mengen dooreenmengen; mengen; vermengen

Wiktionary: inmengen

inmengen
verb
  1. join conversation