Overzicht
Nederlands naar Engels: Meer gegevens...
- incidenteel:
-
Wiktionary:
- incidenteel → incidental
- incidenteel → accidental, fortuitous
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor incidenteel (Nederlands) in het Engels
incidenteel:
-
incidenteel (sporadisch; zelden)
occasionally; incidentally; sporadic-
occasionally bijwoord
-
incidentally bijwoord
-
sporadic bijvoeglijk naamwoord
-
-
incidenteel (af en toe; soms; weleens; nu en dan)
incidental; now and then; sometimes; off and on-
incidental bijvoeglijk naamwoord
-
now and then bijwoord
-
sometimes bijwoord
-
off and on bijwoord
-
Vertaal Matrix voor incidenteel:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
incidental | af en toe; incidenteel; nu en dan; soms; weleens | |
sporadic | incidenteel; sporadisch; zelden | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
incidentally | incidenteel; sporadisch; zelden | |
now and then | af en toe; incidenteel; nu en dan; soms; weleens | af en toe; occasioneel; soms; somwijlen |
occasionally | af en toe; incidenteel; nu en dan; soms; sporadisch; weleens; zelden | af en toe; occasioneel |
off and on | af en toe; incidenteel; nu en dan; soms; weleens | |
sometimes | af en toe; incidenteel; nu en dan; soms; weleens | soms; somtijds; somwijlen |
Verwante woorden van "incidenteel":
Wiktionary: incidenteel
incidenteel
Cross Translation:
adjective
-
niet stelselmatig voorkomend
- incidenteel → incidental
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• incidenteel | → accidental; fortuitous | ↔ accidentel — Qui arrive par accident. |