Nederlands
Uitgebreide vertaling voor hellen (Nederlands) in het Engels
hellen:
-
hellen (voorover buigen; overhellen; voorover hellen)
Conjugations for hellen:
o.t.t.
- hel
- helt
- helt
- hellen
- hellen
- hellen
o.v.t.
- helde
- helde
- helde
- helden
- helden
- helden
v.t.t.
- heb geheld
- hebt geheld
- heeft geheld
- hebben geheld
- hebben geheld
- hebben geheld
v.v.t.
- had geheld
- had geheld
- had geheld
- hadden geheld
- hadden geheld
- hadden geheld
o.t.t.t.
- zal hellen
- zult hellen
- zal hellen
- zullen hellen
- zullen hellen
- zullen hellen
o.v.t.t.
- zou hellen
- zou hellen
- zou hellen
- zouden hellen
- zouden hellen
- zouden hellen
en verder
- is geheld
- zijn geheld
diversen
- hel!
- helt!
- geheld
- hellend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor hellen:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
incline | afgang; berm; dijkhelling; glooiing; glooiingshoek; helling; talud | |
slope | afgang; berm; dijkhelling; flauwe helling; glooiing; glooiingshoek; helling; talud | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
incline | hellen; overhellen; voorover buigen; voorover hellen | aflopen; flauw hellend aflopend; glooien; neigen; overhangen; overhellen; overhellen tot een denkwijze; tenderen naar; vervallen |
lean over | hellen; overhellen; voorover buigen; voorover hellen | |
slant | hellen; overhellen; voorover buigen; voorover hellen | aflopen; flauw hellend aflopend; glooien; vervallen |
slope | hellen; overhellen; voorover buigen; voorover hellen | aflopen; flauw hellend aflopend; glooien; vervallen |
Verwante woorden van "hellen":
hellen vorm van hel:
-
de hel (duisternis)
-
hel
Vertaal Matrix voor hel:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
dark | duisternis; hel | donker; duister; duisternis |
darkness | duisternis; hel | deemstering; donker; donkerte; duister; duisterheid; duisternis; onduidelijkheid |
hell | duisternis; hel | |
inferno | duisternis; hel | |
staring | verbaasd aangapen; verbaasd aanstaren; verbaasd aanzien | |
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
dark | donker; duister; onverlicht | |
glaring | hel | bitter; fel verlicht; giftig; kwaad; nijdig; woedend; zeer boos |
shrill | hel | doordringend; hard; hoog; indringend; schel; schel klinkend; scherp; scherpklinkend; schril; snerpend |
staring | hel | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
garish | hel | opgesierd; opgesmukt |
Verwante woorden van "hel":
Wiktionary: hel
hel
Cross Translation:
noun
hel
-
een plek waar de ziel van daartoe veroordeelde overledenen naar toe gaan
- hel → hell
proper noun
noun
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• hel | → clear; bright; light; shiny; distinct; plain; obvious; explicit; lucid; straightforward; light-coloured | ↔ clair — Qui a l’éclat du jour, de la lumière. |
• hel | → hell | ↔ enfer — Religion |